Houdt het huidige Internatio Muller concern zich nog wel bezig met scheepbevrachting ?. Zo niet waar zijn deze activiteiten dan heengegaan dan wel door wie overgenomen ?.
Ben ik eigenlijk best wel benieuwd naar
Drie fases in het leven van de Domburgh
Te water
Als oorpronkelijk vrachtschip met beperkte passagiers accommodatie
En als kissies boot waar geen greintje van haar oorspronkelijke schoonheid meer te bespeuren is.
Bij het zien van de diverse foto's, komen de herinneringen weer boven.
Daar er al twee broers van mij zeeman waren, moest het er toch van komen om het ook maar te worden. Na het regelen van een paspoort en een monsterboekje ging ik op een dag vroeg op pad naar Rotterdam, om rederijen te bezoeken voor een baan in de machinekamer. Ik kwam er er snel achter dat het niet zo eenvoudig was. Of zij hadden geen leerling machinist nodig of ik was te jong. (17 jaar voor de grote vaart in de machinekamer) Eind van de middag ging ik op bezoek bij Wm. H. Müller & Co aan de St. Jobshaven. De technisch inspecteur stond mij te woord en gaf mij een A4 als sollicitatie formulier om in te vullen met als mededeling Ik heb eigenlijk geen boot voor je. De andere dag werd ik opgebeld of ik mij wilde melden, want zij hadden wat voor mij. En als eerste boot ging ik met de Batavier III (hier boven afgebeeld) een week reisje Rotterdam, Boston-King's Lynn. (juli 1959) Het was het mooiste weer van de wereld en de Noordzee was zo glad als een aal, dus ik zag zeemansleven helemaal zitten.
In feb/maart 1963 en 1964 heb ik er een aantal maanden op de Batavier III gevaren als 2e machinist. Hij voer op de Stockholm dienst.
(Rotterdam-Antwerpen-Stockholm-Norrköping-Delfzijl-Rotterdam) (Twee weken dienst) En in de periode was het regelmatig ijsvaren in de Oostzee. Er stond, evenals de Batavier I, een ouder model 7 cilinder Werkspoor motor in. De twee hulpmotoren waren van het fabrikaat Kromhout. Bij deze aflos reizen had ik de twijfelachtige eer, dat alle zuigers getrokken werden.
Maar al met al was het heel goed varen met deze Batavier III.