Van Kor Vos kreeg ik namelijk scans waaruit bleek dat de aanschaf en inbouw van een Kromhout 4M4 180 pk 300 tpm inclusief schroefas, tanks, dempers, pompen, enz. enz. in 1920 op F 36.800,- kwam.
Geen geringe prijs. In de voorwaarden staat ondermeer:
PRIJZEN. De prijzen gelden voor den scheepsmotor compleet gemonteerd in het schip aan de fabriek te Amsterdam,
of wel: gereed in de fabriek, onverpakt,
of wel: f.o.b. (free on board) Amsterdam inclusief zeewaardige verpakking,
tenzij uitdrukkelijk anders is overeengekomen.
Indien verlangd wordt dat de montage elders dan aan de Fabriek, doch binnenslands, zal geschieden, worden transportkosten van den motor en reis- en verblijfkosten van ons personeel afzonderlijk in rekening gebracht. In dat geval moet de ligplaats van het vaartuig, waarvoor de motor bestemd is, zoodanig zijn, dat de montage zonder bezwaar kan geschieden. Hijschwerktuigen voor het binnenboord hijschen van motoren en onderdeelen moeten beschikbaar zijn, alsmede inrichtingen tot het gemakkelijk lichten van zware deelen bij de montage. Gereedschappen sjouwermanshulp bij het aan boord hijschen en gedurende de gehele installatie, moeten door de werf, waar de montage geschiedt, kosteloos aan onze monteur geleverd worden, evenals het vrije gebruik van een smidsvuur. De geheele fundeering, vloerplaten, trappen, schijnlichten, luchtkokers, roosters, leuningen, steunders, hangers, enz. moeten door den scheepsbouwer worden geleverd. Deze moet ook zorgen voor het hakken of boren van alle gaten in schotten, huid, dekken, enz. welke noodig mochten zijn voor onze pijpleiding, kleppen, enz. terwijl voor het geval het vaartuig van meer dan één schroef moet worden voorzien, de buitenboordsstoelen door hem moet worden gemaakt en aangebracht.......
...... Ten behoeve van het maken der fundatie wordt aan den besteller, of aan den scheepsbouwer, die voor hem optreedt, op verzoek en na inzending van een nauwkeurige teekening van het schip, een complete inbouwteekening kosteloos verstrekt......
tot zover.
Sjoerd Nutma (lang niet van hem gehoord) scheef eerder op dit forum:
M.T.S. "Olievos", gebouwd door N.V. Zaanlandse Scheepsbouw Mij., Zaandam in 1933 voor N.V. Oliefactorij Pieter Bon Cz. Zaandam. Te water 3 Juni 1933. Afm. 37,50 x 6,25 x 2,20 mtr. Inhoud 275 ton. Motor: 120 Pk Kromhout Diesel. Prijs: F.34000.-
De verhalen van Hylke Speerstra vertellen dat rond 1927 een zeilkastje van 260 ton, net zoveel kostte als een motorscheepje van 160 ton; namelijk F 21.000,-
(Bron Laatste echte schippers, blz. 108)
Mastodont vertelt ons:
Het scheepje is volgens de Ligger slechts 50 ton groot; de motor 16 pk.Jan Johannes Koopal, een kermisexploitant te Leeuwarden besteld in 1927 bij de scheepswerf van A.Apoll in Wirdum een ijzeren luxe motor kant en klaar voor de prijs van f 9850,00 gulden ,
dat is inclusief de verticale 1 cilinder Industrie ruweoliemotor met een vermogen van 24PK
het schip komt ongeveer 28-05 in de vaart ,en hij noemt het schip MARIA.
Tenslotte dan nog Kees Touw.
Volgens de liggers was het schip 235 ton groot en kreeg het een motor van 18 pk.Toen mijn grootvader het plan had om een motorschip te laten bouwen vroeg hij via scheepsmakelaar De Bot aan verschillende werven offerte. Werf Paans, waar de klipper Zuid-Nederland, zijn eerste schip, was gebouwd, vroeg voor het casco ƒ 31000.-. Werf Vuyk die ƒ 21000.- rekende kreeg de order, van het verschil in prijs kon bijna de 70 pk Bronsmotor worden betaald. Deze kostte toen ƒ 11800.-. Compleet met tuigage, hijstuig, ankers en kettingen kwam het totaal op ƒ 34000.- Vuijk kon waarschijnlijk zol laag met zijn prijs gaan omdat die een partij staal van de failliete werf van Van Driel op de kop had getikt.
Er staat vast nog meer op het forum, maar het lukte me niet het te vinden.
In 1933 werd volgens de Leeuwarder courant slechts f3460,- voor een klipperaak
en slechts f 700,- voor een opdrukker, beiden tweede hands, geboden.
Een nieuwe Deutz van 40pk moest volgens de Rotterdamse Courant uit 1920 F 18.000,- op brengen.
Wie volgt?